Jonge Duivels vechten niet alleen tegen Polen, maar ook tegen de extreme warmte in Italië
De EK-koorts bereikt stilaan een hoogtepunt, al kan dat ook gewoon de buitentemperatuur in Reggio Emilia zijn. Het kwik schommelde zaterdagavond rond de 30 graden Celsius en dat zal tijdens de match zondag niet anders zijn.
Het lokale weerbericht in Reggio Emilia, het stadje waar de Jonge Duivels hun drie groepswedstrijden afwerken, geeft zondag om 18u30 (het beginuur van de match) een temperatuur van 31 graden aan en op het tijdstip van het laatste fluitsignaal voorspelt men 28°C.
Het is overigens een drukkende, laffe warmte hier aan de bovenkant van de Laars. "Dat geldt voor beide ploegen", antwoordde doelman Jackers met een cliché.
Toch zal het een rol spelen in het toernooi denkt bondscoach Walem. "We hebben er alles aan gedaan om de spelers daarop voor te bereiden. We zijn het intussen gewoon om op dat tijdstip van de dag te trainen", legde Johan Walem uit.
"Ook in het verdere verloop van het toernooi zal de recuperatie cruciaal zijn. De impact van de match zal zwaar zijn en de dagen na de wedstrijd moeten we daar erg professioneel mee omgaan", besloot Johan Walem, die meteen na de persbabbel naar het veld in het stadion trok.
De spelers liepen er eerst wat los en kwamen na een tiental minuten al samen om te drinken. Wie zondagavond het beste met de warmte kan omgaan zal vast en zeker een stapje voor hebben op de tegenpartij.
Hannes Van Gael